Van Abbe en De Stijl

Van Abbe en De Stijl begint met een topwerk uit De Stijl, een terugblik op een belangrijk moment in haar geschiedenis, en eindigt met hedendaagse kunstwerken en objecten die schatplichtig zijn aan de beweging. Het topwerk van De Stijl is een maquette van de Cine-dancing van L’Aubette in Straatsburg naar ontwerp van Theo van Doesburg. Het symboliseert een naadloze versmelting van schilderkunst en architectuur. Deze maquette opent de terugblik op de solotentoonstelling van Theo van Doesburg uit 1968,waarvoor verschillende modellen gemaakt werden aan de hand van Van Doesburg's architectonische voorstellen. De tentoonstelling uit 1968 was een mijlpaal, niet alleen vanwege de rehabilitatie van de kunstenaar die, zoals men toentertijd vond, ten onrechte in de schaduw stond van de schilder Piet Mondriaan. De tentoonstelling probeerde ook het oeuvre en het gedachtegoed van Van Doesburg “voor ‘morgen’ scherp te stellen”, zoals de Italiaanse architect en curator Bruno Zevi in zijn openingstoespraak verwoordde. Binnen de kunstbeweging en het gelijknamig tijdschrift De Stijl, opgericht in 1917, stond het zoeken naar essentiële waarheden in de kunst en in vormen van samenleven centraal. Van Doesburg zag zichzelf als spil in de vernieuwingen in de schilderkunst, grafische vormgeving, architectuur en toegepaste kunst. De maquettes en ontwerpen in Van Abbe en De Stijl laten zien dat zijn werk zich bevindt op het raakvlak van literatuur, kunst, architectuur en design. In de tentoonstelling is ook een verwijzing naar het ‘morgen’ in de verschillende bijdragen van de studenten van Design Academy Eindhoven. De fa. Pastoe vervaardigde voor het Stijljaar de kast 'Theo', gebaseerd op Compositie XXII (1920) van Theo van Doesburg uit de collectie van het museum. Digitale copie films: zie opemrkingen