Tickets
Dinsdag t/m zondag
11:00 - 17:00 uur
Contrast

Combien de marins, combien de capitaines

0013.jpg

1961

Arman

Momenteel niet op zaal
Verworven in 1968
Inventaris nummer 13

De collectie van het Van Abbemuseum bestaat uit meer dan 3400 kunstwerken, die met enige regelmaat voorzien zullen worden van een begeleidende tekst.

Wil je specifieke informatie over dit kunstwerk of de kunstenaar, dan staat de bibliotheek van het Van Abbemuseum tot je beschikking. Daarnaast kun je contact opnemen met de bibliotheek.

Beschrijving

'Combien de marins, combien de capitaines' van de Franse kunstenaar Arman bestaat uit een glazen vitrine die geheel gevuld is met oude koffiemolens. De meeste daarvan hebben een natuurlijke houtkleur. Enkele zijn voorzien van rode, witte of groene lak die door ouderdom en gebruik gedeeltelijk is afgebladderd. De vitrine staat op een sokkel, met een van de lange zijden tegen de muur. Deze zijde is dichtgemaakt met een plaat zwart geverfd hout.

Arman onderzoekt in zijn werk in hoeverre een object zijn eigen identiteit behoudt in een veranderde context. Hij behoort tot het nouveau réalisme, een kunstenaarsgroep die in 1960 in Parijs door de criticus Pierre Restany wordt opgericht. Deze kunstenaars, waaronder Klein, Spoerri, César, Tinguely en Raysse zetten zich af tegen de dan gangbare abstract-expressionistische schilderkunst. Ze werken met onconventioneel materiaal zoals gebruiksvoorwerpen en afvalproducten. In dit opzicht zijn ze verwant aan de pop art, waarin eigentijdse consumptieartikelen vaak het thema zijn.,Arman krijgt in de zestiger jaren bekendheid met zijn stapelingen van voorwerpen uit het dagelijkse leven zoals brillen, tandwieltjes, vorken, muziekinstrumenten en verftubes.

In 1955 begint Arman werk te maken met behulp van stempels. Kort daarna gaat hij allerlei voorwerpen insmeren met verf om ze vervolgens af te drukken op een doek. Vanaf 1959 worden de voorwerpen zelf zijn materiaal. Hij leegt afvalbakken in vitrines en maakt opeenstapelingen van grote hoeveelheden gelijksoortige voorwerpen. Deze stapelingen kunnen als vrijstaande objecten tentoongesteld worden. Meestal echter zitten ze in een vitrine, zoals de koffiemolens in 'Combien de marins, combien de capitaines'. De manier waarop de voorwerpen gestapeld worden, laat Arman over aan het toeval. Hij zegt: "...ik heb altijd de overtuiging gehad dat objecten hun eigen compositie vormen", en ook: "Ik stel dat de expressie van afval en gebruiksvoorwerpen waarde heeft op zichzelf, direct en zonder de behoefte aan esthetische rangschikking die ze onherkenbaar maakt en nivelleert tot de kleuren van het palet..."

Arman verbrandt soms gedeelten van zijn objecten of zaagt of snijdt repen van zijn voorwerpen en zet vervolgens deze repen met enige tussenruimte weer aan elkaar. Verzamelwoede en destructie, volgens Arman typische kenmerken van de moderne tijd, vormen de basis voor zijn werken. Alle zo verkregen onderdelen smeedt hij aaneen tot een nieuw geheel, waarbinnen de oorspronkelijke delen niet verloren gaan, maar juist in verhevigde mate aanwezig zijn. ,

Context