Hommage à Apollinaire
Beschrijving
In 'Hommage à Apollinaire' schildert de Russische kunstenaar Marc Chagall een grote cirkelvorm op een bijna vierkant doek. De cirkel, die verdeeld is in kleinere fragmenten, vertoont een diagonale tweedeling. Het deel linksboven bestaat vooral uit warme, heldere kleuren zoals rood, goud en groen. Het deel rechts beneden uit de koele kleuren, zilver, donkerblauw en zwart. Aan de rand van de cirkel zijn de cijfers 9, 0 en 11 te zien. In het midden van het schilderij zijn twee figuren afgebeeld, een man en een vrouw, ze hebben samen één paar benen. De vrouw heeft een appel in haar hand. Linksonder op het doek schildert Chagall een hartje met een pijl erdoor. Rond het hartje staan de namen Canudo, G. Apollinaire, Walden en Cendras.
'Hommage à Apollinaire' ontstaat tijdens het eerste verblijf van Chagall in Parijs. Hij raakt daar beïnvloed door het kubisme. Deze invloed is in 'Hommage à Apollinaire' terug te vinden in de manier waarop Chagall de figuren en de cirkelvorm in fragmenten verdeelt, om deze vervolgens op een nieuwe manier weer bijeen te voegen. Het kleurgebruik van Chagall is echter uitbundiger dan dat van de kubisten. Het komt meer overeen met dat van schilders die behoren tot het fauvisme. Het schilderij is opgedragen aan Apollinaire, een belangrijke kunstcriticus en voorvechter van de nieuwe kunstvormen die zich aan het begin van de twintigste eeuw in Parijs ontwikkelen. Ook Canudo, Cendrars en Walden zijn personen die bijdragen aan de promotie van de eigentijdse kunst. Door hen te noemen brengt Chagall zijn waardering voor vernieuwende kunst tot uitdrukking.
Chagalls schilderij heeft echter nog een diepere betekenis, die zowel verband houdt met zijn joodse achtergrond als met een meer eigentijdse visie op de mens. De cirkel kan gezien worden als aardbol, maar ook, door de cijfers, als wijzerplaat. De mens wordt zo het middelpunt van tijd en ruimte. Adam en Eva met de appel symboliseren het moment van de zondeval, van de bewustwording van tegendelen, zoals goed en kwaad, en ook van de verstoring van de harmonie tussen mens en God, mens en universum. Het persoonlijk streven van de mens moet volgens Chagalls geloof zijn: het herenigen van de tegendelen en het herstellen van de harmonie. Dit brengt Chagall tot uitdrukking via de figuren van Adam en Eva, maar ook door de diagonale deling van het schilderij en de vereniging van de helften door de cirkelvorm.