Tickets
Dinsdag t/m zondag
11:00 - 17:00 uur
Contrast

Nature morte au guéridon

Nature morte au guéridon

Georges Braque

1918

Georges Braque

Momenteel niet op zaal
Verworven in 1955
Inventaris nummer 52

De collectie van het Van Abbemuseum bestaat uit meer dan 3400 kunstwerken, die met enige regelmaat voorzien zullen worden van een begeleidende tekst.

Wil je specifieke informatie over dit kunstwerk of de kunstenaar, dan staat de bibliotheek van het Van Abbemuseum tot je beschikking. Daarnaast kun je contact opnemen met de bibliotheek.

Beschrijving

In 'Nature morte au guéridon' uit 1918 beeldt de Franse schilder Georges Braque een aantal herkenbare objecten af: een tafeltje, een gitaar, een pijp, een krant en een fruitschaal. Hij schildert ze echter niet overeenkomstig de wetten van het centraal perspectief. De tafelpoot is van opzij gezien, de gitaar en de krant zijn van bovenaf weergegeven en de fruitschaal is in doorsnede afgebeeld. De pijp is van opzij geschilderd, maar de opening suggereert een bovenaanzicht.

Het combineren van diverse aanzichten is een kenmerk van het kubisme. Een object wordt van verschillende kanten bekeken, in facetten ontleed, en tot een nieuw geheel aaneen gesmeed. Er is in de eerste fase van het kubisme weinig aandacht voor materiaal en stoffelijkheid. In de tweede fase is dat juist wel het geval. In 1912 gebruikt Braque voor het eerst een stuk houtnerfpapier in een schilderij. Hij probeert door de toepassing van dergelijke materialen een nieuw soort realisme te bewerkstelligen. Braque verwerkt stukken krant en snippers papier in zijn schilderijen. Deze collagetechniek leidt ertoe dat er soms letterlijk vlakken over en in elkaar geschoven worden. 'Nature morte au guéridon' is helemaal geschilderd maar de invloed van deze techniek is duidelijk zichtbaar in de gestippelde en geruite vlakken, die doen denken aan decoratief papier, en in de letters die verwijzen naar een krantenkop.

Braque zet abstracte en herkenbare vormen tegen en over elkaar. Vormen worden doorsneden of overlapt terwijl ze tegelijkertijd in een andere kleur verder gaan. Dit is kenmerkend voor de tweede fase van het kubisme, het synthetisch kubisme, waarbij het beeld wordt samengesteld uit losse elementen en object en tussenvorm gelijkwaardig worden behandeld. De zachte kleuren roze, blauw en geel die Braque gebruikt, betekenen een verrijking qua kleur ten opzichte van zijn analytisch kubistische werken. Daarin beperkt hij zijn palet bewust tot grijzen, bruinen en okers.

Context